De campagne is begonnen.

Voor kandidaat-statenleden betekent dit dat we de kiezers moeten opzoeken en in gesprek moeten gaan met “de mensen in het land”.

Goed beschouwd zouden politici deze activiteit niet moeten beperken tot de verkiezingstijd, maar op de een of andere manier lijkt dat er verder bijna nooit van te komen.

In de Staten vragen de leden zich af welke gezichten ze terug zullen zien na 15 maart en welke niet. Het lijkt erop dat hier en daar al een beetje met elkaar geflirt wordt met het oog op een nieuw te vormen coalitie.

Wie wil met wie in bed kruipen (en met wie in elk geval niet)?

De laatste peiling laat een lichte winst zien voor GroenLinks. Houden we dat vast? We zullen moeten afwachten wat de kiezer doet.

 

Dit stukje schreef ik voor de GL site:

Op 15 maart zijn de verkiezingen voor Provinciale Staten en Waterschappen.

Vrijwilligers gaan in het kader van de verkiezingscampagne langs de deuren om op die manier in contact te komen met bewoners en potentiële stemmers.

We hebben inmiddels een wijk bezocht in Almere en één in Lelystad. Het leverde een aantal interessante ervaringen op. Wat meteen opviel was, dat veel mensen niet thuis waren of de deur niet opendeden als we aanbelden. Op veel deuren is overigens geen naambordje aangebracht, soms is er niet eens een deurbel aanwezig. Heeft dit er misschien mee te maken dat mensen bang zijn voor onverwacht bezoek?

De reacties van mensen die wel opendeden varieerden. Zo waren er mensen die de deur op een kier openden en de indruk wekten dat ze je zo snel mogelijk van hun stoep weg wilden hebben. Anderen gaven meteen te kennen dat GroenLinks niet hun partij was en dat ze ook geen prijs stelden op een gesprek. Uiteraard bleven wij vriendelijk en attent en wensten hun nog een fijne dag, waarop de meesten ontdooiden en ons hetzelfde wensten.

Een enkele keer ontstond een geanimeerd gesprek, waarin bewoners vertelden wat hen bezighield en wat hun plannen waren voor 15 maart.

En dan waren er de boze mensen…

In beide steden trof ik er één. Ze spuiden in niet mis te verstane woorden hun gal over alle dingen die in hun ogen niet in orde waren.

“Teringpolitiek” en “zakkenvullers” kwamen natuurlijk langs, maar ook de hulp aan Oekraïne en vluchtelingen kon hun goedkeuring niet wegdragen. De riedels van Wilders en andere populisten waren duidelijk goed aangekomen.

Het mocht niet baten dat ik naar voren bracht dat Provinciale Staten onlangs geld beschikbaar had gesteld voor de voedselbanken, want het was en schande dat ze überhaupt bestonden. Omdat de Lelystadse meneer zoveel kritiek liet horen op het kabinet Rutte vroeg ik hem of het dan niet juist goed zou zijn om op een partij te stemmen die het ook niet eens is met zijn beleid, maar dat kwam niet echt aan. Voor hem had de complete politiek afgedaan.

In Almere stond een man op een ladder, hij was bezig een gat in zijn huis te boren. Toen ik vertelde dat wij van GroenLinks waren schudde hij misprijzend zijn hoofd. “Ik heb zo’n vermoeden dat u niet op ons gaat stemmen”, zei ik. Hij verklaarde dat ik daarin weleens gelijk zou kunnen hebben. Gelukkig waren we het er met elkaar wel over eens dat het een goede zaak is om gebruik te maken van je stemrecht en wensten elkaar nog een fijne dag.

Er zijn gelukkig ook positieve reacties. Soms zijn we snel uitgepraat omdat de bewoner ons vertelt dat hij een GroenLinks-stemmer is en ons veel succes met de campagne wenst. Hij stond op het punt zijn kind weg te brengen en had geen tijd om ons een wat positiever geluid te laten horen.

Een jongetje deed open en haalde op ons verzoek zijn oma erbij, hij was bij haar op bezoek. Zij was het helemaal met ons eens toen we vertelden dat GroenLinks het heel erg belangrijk vindt dat onze kinderen en kleinkinderen in een gezonde wereld kunnen opgroeien. Haar kleinzoon was blij met de kleurplaat, hij gaat proberen een van de prijzen in de wacht te slepen.

We wensten deze mevrouw een prettige dag toe en hoopten dat zij op weg naar het stembureau met haar rolstoel niet teveel drempels zou tegenkomen.

We gaven ook gehoor aan de oproep mee te doen aan de boomverplantdag. Deze was speciaal gericht aan (aankomende) politici. Het was de bedoeling dat we zaailingen van bomen zouden redden om ze elders een betere levenskans te bieden.

Naast onze afvaardiging was er ook een flinke club van het Waterschap aanwezig. D’66, de Partij voor de Dieren en de Christen Unie deden ook mee.

Ik schrok even toen een mevrouw van de Dieren me vroeg of ik een schop wilde. Zo ver lopen onze partijstandpunten toch niet uiteen? Ik begreep haar beter toen ik zag dat ze een spade in de hand had.

Het viel nog niet mee de jonge boompjes inclusief een goede kluit ongeschonden uit de grond te krijgen. Voor de meesten van ons is dit geen dagelijks werk…

Kijk hier naar een verslag van Omroep Flevoland

De boompjes zullen een goed plekje krijgen in Oosterwold. Hoe meer bomen hoe beter!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.