Net te laat (PS 3)

In mijn hoedanigheid van kersvers Statenlid heb ik inmiddels een aantal bijeenkomsten via internet meegemaakt. Provinciale Staten gebruikt het vergaderprogramma Pixip. Deelnemers gaan een virtuele kamer binnen en ontmoeten daar dan hun medevergaderaars. Toegang tot de kamers is beperkt: je moet over een uitnodiging beschikken en een pincode.

Ik heb geluk gehad dat mijn eerste vergadering (waarin ik beëdigd werd) een “echte” bijeenkomst was, in het Provinciehuis. Elkaar echt zien en horen is verre te prefereren boven een virtueel overleg.

De fractie komt regelmatig bij elkaar om het gezamenlijke standpunt te bepalen en om elkaar op de hoogte te brengen van de stand van zaken op de verschillende beleidsterreinen. De fractie heeft de taken verdeeld, zodat niet elk lid overal bij hoeft te zijn.

Je kunt in het Provinciehuis vergaderen, hiervoor zijn vergaderruimtes beschikbaar, maar in deze Corana-tijd vergaderen we vanuit huis. We ontmoeten elkaar in een virtuele kamer, die door een van ons is opengesteld.

Ik nam deel aan een Raden-Staten-AV bijeenkomst, waarin volksvertegenwoordigers en bestuurders elkaar ontmoetten onder het motto “samen maken we Flevoland”. De deelnemers waren allemaal op een of andere manier actief in Provinciale staten, gemeenteraden of waterschappen.

Het spreekt voor zichzelf dat ik heel veel luisterde, want er valt voor mij nog veel te leren.

Het programma bestond uit een lezing van een deskundige, een tafelgesprek en het onderdeel “in gesprek”, waarbij deelnemers in verschillende kleinere groepjes met elkaar van gedachten konden wisselen.

In deze laatste setting kon het gebeuren dat ik ineens werd uitgenodigd mijn visie als kersvers statenlid te geven. Had de burgemeester van Almere, Franc Weerwind, gezien dat mijn aandacht wellicht een tikkeltje afgedwaald was?

Ik ging recht overeind zitten en betoogde dat ik vooralsnog niets in te brengen had omdat ik nog maar zo kort in functie was.

 

Het is een vervreemdende ervaring: je zit veilig thuis, in je eigen kamertje maar toch ben je beslist niet alleen. Iedereen kan zien hoe je omgeving eruitziet. Bij mij is mijn boekenkast te zien en ook de portretten van Nelson Mandela en Martin Luther King. Weten de mensen meteen wie mijn helden zijn (Obama hangt jammer genoeg buiten beeld).

Is iedereen zich ervan bewust dat we een inkijkje krijgen? Het statenlid van de Partij voor de Dieren vast wel: hij heeft twee grote PvdD-posters opgehangen die pontificaal in beeld zijn. Bij een andere deelnemer is het een behoorlijke puinhoop in zijn werkkamer en bij weer een ander rijst de vraag of hij zich in zijn schuur bevindt (een kale muur met spinnenwebben…)

 

Hoewel ik geen lid ben van de commissie RND (Ruimte, Natuur en Duurzaamheid) mag ik toch deelnemen aan de vergadering, die wordt voorgezeten door een statenlid van Ja21. Het gaat hier om een bijpraatsessie stikstof.

De gedeputeerde die stikstof in zijn portefeuille heeft brengt ons op de hoogte van de actuele situatie en een ambtenaar geeft een powerpointpresentatie. De onbekende termen vliegen mij om de oren: stikstofbank, gebiedsproces, PAS- melders en een agenderingsverzoek van een externe partij.

Er komt waarschijnlijk een moment dat ik het allemaal een beetje begin te snappen…

 

De Statenvergadering die op 8 december om halftwaalf ’s avonds werd geschorst wordt op 22 december hervat.

De statenleden moeten zich allemaal op afroep persoonlijk aanmelden: “Voorzitter en griffier, statenlid x is aanwezig”. Mijn actieve bijdrage aan de vergadering zal tot deze woorden beperkt blijven. Dat de griffier zich vanwege de naderende kerst toepasselijk heeft uitgedost kan de goedkeuring van de PVV niet wegdragen.

Belangrijkste punt op de agenda is de bespreking van de “Aanbevelingen Evaluatie 1e tranche Structuurvisie Zon”, maar hier gaat een interruptie aan vooraf: verschillende fracties willen de agenda aanpassen om te kunnen spreken over het datacentrum in Zeewolde. Er is haast geboden, want de termijn waarbinnen PS in beroep zou kunnen gaan verstrijkt wellicht vóór er in de volgende vergadering (in januari) over gesproken kan worden.

Vergadertechnisch is dit ongebruikelijk, er wordt heel wat heen en weer gesproken, maar voorzitter Leen Verbeek heeft begrip voor het argument dat we niet om puur procedurele redenen de kans moeten verspelen tijdig beroep aan te tekenen. Hij komt met een alternatief waarbij vermeden wordt dat dit zal gebeuren.

Bij de bespreking van de aanbevelingen rondom de structuurvisie wordt weer erg veel gesproken. Elke fractie krijgt 4 minuten spreektijd, maar voor de meeste is dit niet genoeg.

Ik heb me op dit punt kunnen voorbereiden, dus ik kan het allemaal een beetje beter volgen. We hebben een fractie-app, die we gebruiken om met elkaar te overleggen. Ik gebruik mijn desktopcomputer voor de vergadering (de spreker is groot in beeld, de anderen klein), mijn telefoon voor de apps en mijn tablet (ter beschikking gesteld door mijn werkgever) om te stemmen.

De griffie heeft een speciale what’s app-groep aangemaakt die de leden kunnen gebruiken om te kunnen communiceren met de voorzitter: ze appen de letter i als ze willen interrumperen, vragen het woord met een w, tp betekent dat ze een technisch probleem hebben en sv kondigt een stemverklaring aan.

 

Dit is de democratie in werking. Veel omhaal van woorden, veel herhalingen en vrij traag. Je vergadert met veertig mensen en dat kost tijd. De voorzitter doet zijn best door middel van strenge regels het besluitvormingsproces zo goed mogelijk te laten verlopen, maar dit is heel lastig. Het is allemaal niet erg sexy maar wel heel erg belangrijk. Iedereen kan zijn zegje doen en de besluiten komen democratisch tot stand.

 

Ik moet denken aan de beelden uit andere landen waar de “volksvertegenwoordigers” niets anders doen dan applaudisseren voor de leider en braaf stemmen zoals van ze verwacht wordt. Er zijn ook landen die helemaal geen volksvertegenwoordiging hebben.

 

Waar ging het over?

In het coalitieakkoord van de Provinciale Staten Flevoland is afgesproken dat er een bijdrage aan de energietransitie wordt geleverd door de installatie van zonnepanelen. Ze moeten bij voorkeur op daken worden geplaatst of anders op stukken grond die hiervoor geschikt zijn.

De gemeentes voeren het beleid uit, als de grens van 500 hectare (de helft van het beoogde grondoppervlak) in zicht komt moet er door PS geëvalueerd worden.

Dat moment is nu bereikt en veel statenleden zijn er inmiddels van overtuigd dat we op de verkeerde weg zijn: er wordt kostbare landbouwgrond opgeofferd aan zonnepanelen en dit kan nooit de bedoeling zijn. Er moet voedsel verbouwd worden en uitgestrekte velden met zonnepanelen zijn geen lust voor het oog.

 

Je zou zeggen dat we in Flevoland toch waarachtig niet te weinig landbouwgrond hebben en dat het van levensbelang is dat we werk maken van de energietransitie. Niet alleen zijn hier afspraken over gemaakt, het is inmiddels duidelijk dat er straks helemaal geen landbouw meer mogelijk is omdat onze planeet geheel verziekt is. Iets meer dan 1% van de landbouwgrond opofferen aan de plaatsing van zonnepanelen lijkt dan niet zo’n hoge prijs.

Wie klaagt over de aanblik van een veld zonnepanelen is zeker wel gecharmeerd van een uitgestrekte akker met maisstoppels in de winter of de saaie monocultuur in de rest van het jaar?

Vreemd genoeg hebben de gemeenten helemaal geen probleem met de structuurvisie, zij zouden zelfs wel meer grond willen benutten voor zonnepanelen.

Ook wordt weinig rekening gehouden met boeren die geld zouden willen verdienen door hun land niet voor landbouw te benutten.

Dat de oppositie ineens heel erg begaan is met de “verspilling van kostbare grond” is te begrijpen. Deze opstelling doet het vast goed bij de kiezers.

De VVD echter zit in de coalitie, heeft dus getekend voor het oorspronkelijke plan en is toch -als liberale partij- voorstander van vrij ondernemen en zo min mogelijk betutteling.

De bezwaren monden uit in enkele amendementen, waarin vastgelegd wordt dat er geen agrarische gronden mogen worden gebruikt voor zonnepanelen en dat voedselproductie vóór grondgebonden zonne-energie gaat. Ze worden aangenomen.

 

Mijn collega Steven Vrouwenvelder heeft namens de fractie (de CU was mede-initiatiefnemer) een motie ingediend waarin het college verzocht wordt “te onderzoeken op welke wijze provinciaal beleid kan bijdragen om het gebruik van recyclebare zonnepanelen met een lange levensduur te stimuleren en faciliteren”. En “te onderzoeken op welke wijze Provinciaal beleid kan bijdragen aan de recycling of hergebruik van oude zonnepanelen.”

De motie wordt zoals gebruikelijk afgesloten met het zinnetje “En gaan over tot de orde van de dag”.

De motie wordt aangenomen.

 

SV

Omdat ik nog maar zo kort meedoe ben ik er huiverig voor me in de gesprekken te mengen: het zou zomaar kunnen gebeuren dat iets niet helemaal klopt of dat ik iets zeg dat tegen de fractiestandpunten ingaat.

Maar als het moment nadert dat er gestemd moet worden neem ik me voor om gebruik te maken van mijn recht om een stemverklaring af te leggen. Ik wil zeggen dat in mijn ogen de noodzaak om schone energie op te wekken veel te weinig aandacht krijgt. Het lijkt wel of iedereen voedselproductie veel belangrijker vindt. Waar is de urgentie? We moeten echt samen aan de slag en het helpt niet als je alleen maar aandacht voor landbouwbelangen hebt.
Ik zal dus tegen de amendementen die gebruik van landbouwgronden verbieden stemmen.

 

Als het moment suprême is aangebroken zit ik onhandig met mijn telefoon te prutsen en hoor ik de voorzitter constateren dat niemand de behoefte heeft om een stemverklaring af te leggen. Te laat…

Volgende keer beter!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.