Iedereen heeft weleens iets gekocht waarvan hij later spijt krijgt. Vaak is er sprake van een impulsaankoop, soms heb je je onvoldoende georiënteerd. Meestal belandt het teleurstellende product vergeten ergens onder in een kast en wil de eigenaar er niet aan worden herinnerd.
Er blijft echter altijd een beschaamd, schuldig gevoel: hoe heb ik zo stom kunnen zijn? Wat had ik voor leuke dingen kunnen doen met het geld dat nu verspild is?
Mijn meest spectaculaire miskoop dateert van alweer dertien jaar geleden. In de tussenliggende periode heb ik wel miskleunen gehad, maar gelukkig geen heel dure.
Ik was op het idee gekomen een nieuwe hobby te gaan beginnen: ik zou interessante bodemvondsten gaan doen met behulp van een metaaldetector. Ik zag het al helemaal voor me: ik zou een vormeloze homp voorzichtig afkrabben en schoonmaken, er zou een prachtig oeroud object tevoorschijn komen dat dan te midden van veel andere prachtige vondsten een plek zou krijgen in mijn vitrine. Er zou een zacht, subtiel licht op schijnen en mijn bezoekers zouden stil worden van verwondering. Ik zou bescheiden blijven en het succes toedichten aan het fraaie staaltje techniek dat mij in staat gesteld had het object aan de bodem te ontfutselen: mijn White’s Classic II metaaldetector, die ik in een speciaalzaak voor een bedrag van € 532 had aangeschaft.
Ik was niet over een nacht ijs gegaan, ik had me goed ingelezen in de materie. Ik wist wat er op de markt was en was ook op de hoogte van de kosten van deze hobby.
Ik was ook al lid geworden van de vereniging de detector amateur en las met rode oortjes in het magazine hoe mijn collega-afficionado’s de ene na de andere kostbare vondst aan de vergetelheid ontrukten.
Experts beantwoordden hierin vragen over de herkomst van gevonden objecten: “Je kunt aan de vorm van de steel van dit lepeltje zien dat het vroegmiddeleeuws is, waarschijnlijk gemaakt in de buurt van Keulen, hiernaartoe gebracht door Frankische handelaars, van wie bekend is dat ze dagenlange voetreizen ondernamen om hun waren aan de man te brengen” en over de techniek: “Het aantal wikkelingen op de elektromagnetische spoel van model TG24 is natuurlijk veel te laag; op deze manier is de fluctuatierange dermate groot, dat je geen enkele definieerbare puls krijgt op meer dan 12 centimeter diepte”. Ik was blij dat ik een White’s Classic model II had en geen TG24.
Ik bekeek gefascineerd de vele foto’s van keukentafels waarop men de buit van een uurtje zoeken had uitgespreid. Ik kon niet wachten om zelf de hort op te gaan.
Ik had me hierop goed voorbereid: ik was niet alleen in het bezit van een glimmend schepje (speciaal geschikt voor bodemvondsten), maar had ook een ruime tas met schouderriem waarin ik mijn vondsten kon opbergen. Die tas zou ik dan later nonchalant omkeren boven de keukentafel, mijn gezinsleden zouden bewonderend naar mij opzien.
Je moet voorzichtig omgaan met je metaaldetector. De steel is net zo vormgegeven als een kruk, die in gebruik is bij mensen die slecht ter been zijn. Als extra veiligheid zit er nog een velcro strip aan, die je om je arm kan doen. Zo kan je je kostbare apparaat nooit uit je handen laten vallen!
Ik had ook nagedacht over hoe je het kwetsbare apparaat goed zou kunnen opslaan en bewaren. Het leek me verstandig om hiervoor een speciale kist te maken, een kist op maat, waarin mijn White’s Classic II en bijbehorende accessoires precies pasten. Ik maakte de kist en verfde hem blauw. Pico bello!
De dag na aanschaf ging ik mijn nieuwe aanwinst samen met mijn zoontje uittesten. We fietsten naar een braakliggend terrein en ik zette voor de eerste keer de koptelefoon op mijn hoofd. Ik maakte vegende bewegingen met de steel en zorgde ervoor dat de schotel ongeveer een centimeter boven de grond bleef. Ik verwachtte elk moment een hoog piepend geluid te horen, ten teken dat er een metalen voorwerp gedetecteerd was. Na een halfuur had ik alle knopjes in alle standen gezet, maar ik had nog niets gevonden. Mijn zoontje verveelde zich en herinnerde mij aan mijn belofte dat hij het ook mocht proberen. Met tegenzin droeg ik het apparaat aan hem over en probeerde de koptelefoon passend te maken voor zijn kleine koppie.
Wild zwaaiend begon hij zijn zoektocht, maar was na enkele minuten al klaar. Niets gevonden.
Inmiddels wist ik al hoe het kwam dat onze zoektocht niets had opgeleverd: we zochten op een terrein met opgespoten zand, hierin was natuurlijk helemaal niets te vinden!
Ik wilde niet met lege handen thuiskomen en verstopte een euro in het zand. Om niet vals te spelen maakte ik de grond boven de munt weer vlak en draaiden we vijf rondjes met gesloten ogen vóór we de zoektocht aanvingen.
Archeologen zullen in de toekomst een eenzame munt van een euro aantreffen onder wat vroeger een nieuwbouwwijk van Almere moet zijn geweest.
Thuisgekomen sprak ik met mijn zoon af dat we mijn vrouw niets zouden vertellen over onze mislukte onderneming. “Ze gaat ons dan heel hard uitlachen en daar houden we niet van” vertelde ik hem.
Ik borg mijn nieuwe apparaat op in zijn mooie blauwe kist en ging me beraden over de toekomst.
De metaaldetector heeft nog enkele uren dienstgedaan op het strand van Terschelling. Ik herinner me geen belangwekkende vondsten (het dekseltje van een conservenblik), wel het gevoel van compleet voor joker te lopen.
Het probleem is, dat ik waarschijnlijk heel goed gevonden objecten mooi ten toon kan stellen in een vitrine, maar van het hele traject dat daaraan vooraf gaat geen kaas gegeten heb. Hoe vind je een stuk land waar mooie dingen in de grond zitten? Mag je daar überhaupt wel zoeken? Of stuurt de eigenaar zijn herdershond op je af? Hoe bestrijd je de verveling (er is geen bal aan om met een koptelefoon op je hoofd een beetje met een stokkie te lopen zwaaien) en bovenal: hoe kom je het gevoel te boven dat je volslagen voor gek loopt?
Te koop: een praktisch ongebruikte White’s Classic II met toebehoren, in een mooie houten kist. T.e.a.b.
Geweldig wat een mooi verhaal, ook over de verveljng van de kindern. Herkenbaar, maar jij nam het wel heel serieus met die kist erbij 😉
Jammer, ik vond binnen een uurtje 3 muntjes op het dichtstbijzijnde weiland. Daarvan waren 2 een utrechtse duit uit 1784 en 179x en ook nog een duitse kogel uit de 2e wereld oorlog.
Dat had ik nooit verwacht en super enthousiast geworden!
Wellicht heb je de detector al verkocht, maar anders zou je toch ergens anders eens een poging moeten doen!
Beste Martin,
Met aandacht je verhaal gelezen en wat zonde……….een mooi apparaat gekocht maar blijkbaar te weinig ingelezen over hoe je deze moet instellen. Mijn eerste zoektocht leverde al direct diverse munten op en een zilveren knoop uit omstreeks 1750. Hierna was ook ik verslaafd aan dit spel met de aarde.
Een goede maat van me zoekt al vele jaren en geeft workshops op de Zeeuwse stranden en akkers. Recent een webshop geopend. Ik zal de link naar zijn workshop website plaatsen. De webshop heet DeDetectorshop.nl
Mocht je nou ooit nog interesse gaan krijgen om een nieuwe kans te wagen, neem eens contact met ons op. Met een paar goede tips en uiteraard de juiste instelling van je machine zal het een stuk beter gaan.