Wereldvondst of toch nep II

 

In een oude partij postzegels die ik via internet kocht vond ik enkele heel oude exemplaren die (volgens Wikipedia) heel veel waard zouden zijn.

Nadat we uitgebreid hadden nagedacht over wat we zouden gaan doen met de opbrengst van dit buitenkansje besloot ik contact te zoeken met een expert. Die zou kunnen bevestigen dat ik een geweldige vondst had gedaan en me verder de weg kunnen wijzen hoe ik haar te gelde kon maken.

We reden naar een gerenommeerd veilinghuis in Weesp en mochten plaatsnemen voor een imposant bureau. Even later kwam een bebrilde filatelie-expert binnen die een halve seconde nodig had om vast te stellen dat de zegels niet echt waren.

Hij wees erop dat het papier er heel nieuw uitzag (wat ik eigenlijk ook had moeten constateren) en dat het hier waarschijnlijk kopietjes betrof die mensen in hun album plakken om de lege plekken te verhullen.

Omdat het wel heel erg gênant zou zijn als wij binnen één minuut weer buiten zouden staan bood hij aan mijn album nog even te checken. In sneltreinvaart (het was duidelijk dat hij dit vaker deed) monsterde hij de bladzijden van mijn bescheiden album en verklaarde dat er niets bijzonders inzat.

Met dat laatste was ik het niet eens: ik heb ze allemaal netjes inmijn boek gestopt omdat ik ze allemaal bijzonder prachtig vind. Ik ging maar niet in discussie.

Om ons toch nog wat op te monteren gaf hij nog wel de geruststelling dat de rest wel allemaal echt was. Dat was heel prettig om te horen.

We reden niet in bedrukte stemming terug naar huis. Gewone stervelingen als wij lopen natuurlijk niet tegen een wonder aan. In de loterij winnen we ook al nooit wat.

We vertelden elkaar dat het maar goed is dat we niet rijk zijn, daar word je alleen maar ongelukkig van!

Dit zegeltje vond ik ook nog, de expert moest  een loep in zijn oog schroeven om te bepalen of hij echt was, maar ook hier was het vonnis: nep.

Het was prettig om in Wikipedia te lezen dat het ook andersom kan gaan:

Bij een reparatie vond een meubelmaker een veldeel van 15 zegels van de Bazeler duif in een lessenaar . Hij gaf de zegels terug en de eigenaar verkocht ze voor een habbekrats, omdat ze niet meer frankeergeldig waren, aan een handelaar. Nu is datzelfde veldeel een pronkstuk in het postmuseum van Bern.

1 reactie

  1. Oei, ik was er al bang voor…
    En moest je voor dit oordeel ook nog betalen?
    En heerlijk dat op zulke momenten een oeroud cliché weer eens uit de kast gehaald kan worden, van geld en geluk…
    Maar je moet maar zo denken: als ze wel veel waard waren geweest had je ze waarschijnlijk verkocht en dan was je ze kwijt geweest.
    Nu heb je ze nog, al zijn ze nep…

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *