Op bezoek bij de boer

Ik ben een stadsjongen. We zouden als teamuitje ergens vegetarisch gaan eten en daarna op bezoek gaan bij een boer. Die wilde wel graag aan enkele statenleden laten zien hoe het toegaat op een biologische boerderij.

Over het vegetarische eten kan ik kort zijn.

Als ik het mij goed herinner was mijn bezoek aan de boerderij het derde tot nu toe.
Toen ik heel klein was nam mijn vader ons mee naar een boer in Baambrugge. Ik weet nog dat de boer mij boos uit de hooiberg haalde. Ik mocht daar niet spelen, want er kon wel eens wat uit mijn zak rollen en dat zou dan later door de koeien opgegeten worden.
Ik kon toen niet begrijpen waarom een koe in vredesnaam mijn zakmes zou willen opeten.
Later die dag viel ik languit in een koeienvlaai (wat een eufemistische benaming), zo-eentje met een hard korstje van buiten en nog helemaal zacht van binnen. Daarna wilde ik wel naar huis.

 

Mijn tweede bezoek vond plaats toen ik onderwijzer was op de derde Elthetoschool in de Amsterdamse Kinkerbuurt. De kleine Amsterdammertjes hadden natuurlijk nog nooit een koe van dichtbij gezien en daar moest verandering in komen.
De boerin had een verrassing voor ons: een blad met allemaal bekers melk, direct van de koe! Ze bood mij deze traktatie als eerste aan en ik kon niet anders dan het goede voorbeeld geven, hoewel ik niet van melk houd, helemaal niet als hij lauw is en er kleine haartjes in drijven.
Ik dronk de beker dus helemaal leeg, kon kokhalzen nog net voorkomen en was trots dat ik mijn pedagogische plicht gedaan had.

Niet één kind volgde mijn voorbeeld. De boze boerin vertrok met 25 volle bekers en één lege.

Hoeve Vredeveld bij Lelystad is een gemengd bedrijf: akkerbouw en veeteelt. Boer Marc en zijn vrouw Astrid hebben beiden de Hogere Landbouwschool doorlopen en zijn erg goed in hun vak.
Vredeveld is ook een zorgboerderij: per dag hebben zo’n 30 deelnemers er een zinnige dagbesteding. Enkelen van hen helpen ook in de winkel, waar biologische producten worden verkocht van deze boerderij en van andere in de buurt.
Het is fascinerend te luisteren naar het verhaal van Marc en Astrid. Uit alles blijkt dat ze er erg veel voor over hebben om verantwoord, schoon en diervriendelijk te werken. Ze hebben een duidelijke visie over de plaats van landbouw en veeteelt in deze tijd in deze maatschappij. Ze werken vernieuwend met een zelfontworpen bacteriecultuur die de poep minder schadelijk maakt en ervoor zorgt dat er veel minder stikstof vrijkomt.

“De mest geurt wel, maar stinkt niet”, zegt Marc. Bij stank is sprake van verrotting en dat veroorzaakt veel uitstoot.

Ze spuiten geen gif en behandelen de dieren met zorg en respect. Ze zien er de noodzaak van in dat je kijkt naar de manier waarop de natuur zelf functioneert. Daar moet je op inhaken, gebruik maken van het circulaire karakter en de natuurlijke processen zo min mogelijk verstoren.

 

Het is overduidelijk dat deze agrariërs op tijd hebben ingezien dat het roer om moet en dat we de zaken niet kunnen blijven aanpakken zoals het de laatste tientallen jaren is gebeurd.
Ze hebben een bloeiend bedrijf met mooie producten, spelen een belangrijke maatschappelijke rol en vullen de natuur aan in plaats van haar als een lastige concurrent te zien. Hun dochter heeft achter op haar t-shirt de tekst: “Boerendochters zijn cool”. Dat klopt helemaal.

Ik ben nog steeds een stadsjongen, dus het aanbod me tussen de koeien te begeven sloeg ik af. Ik kon ze ook goed van achter het schrikdraad bekijken.

Een uiterst leerzame dag, ik voel me beter toegerust als ik weer eens in gesprek moet met een van mijn BBB-collega’s in de Provinciale Staten. Zij willen graag alles bij het oude houden en zien geen enkele noodzaak zich te bewegen in de richting circulair, biologisch of natuurinclusief.

Ik kan ze nu uit eigen ervaring vertellen dat er best het een en ander mogelijk is.

 

Hoeve Vredeveld

Zeeasterweg 15 Lelystad

Website

 

1 reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.