Mooie oude forten

Het was een prachtige dag voor een fietstocht. We hadden allebei een mooie E-bike, waarvan de accu 100% gevuld was en Erik had een schapenvelletje op zijn zadel. Ik had dat niet, maar ik ben dan ook een aantal jaren jonger dan hij.

Erik had de Zuiderzeeroute uitgezocht, een mooie tocht van ongeveer 45 km, die ons langs een aantal bijzondere forten zou voeren.

Ik was onder de indruk van de zorgvuldige voorbereidingen die mijn reisgezel had getroffen. Als navigator had hij natuurlijk ook een grote verantwoordelijkheid.
Hij had een paar A-viertjes uitgeprint van het internet en een lijstje gemaakt van de knooppunten die we moesten aanhouden.

Ik had voor een lekkere lunch gezorgd die we ergens onderweg op een mooi plekje zouden oppeuzelen en ook mijn camera ingepakt.

Wat kon er misgaan?

We laadden de fietsen achterop de auto en reden naar Monnickendam. Daar lieten we de auto achter en begonnen welgemoed aan onze mooie fietstocht.

Na enkele minuten gaf Erik aan dat hij behoefte had aan koffie met iets erbij. Een man naar mijn hart.
Aan de haven van Volendam was een mooi terrasje waar we ons tegoed deden aan een appelpunt en een kopje koffie. Je kon er ook een biertje krijgen dat Mannenliefde heette, maar daarvoor was het nog te vroeg.

Erik was gedurig in de weer met zijn paperassen en vertelde steeds welke knooppuntnummers we moesten volgen, zodat we de weg niet zouden kwijtraken. Twee tellen nadat hij dat gedaan had was ik ze alweer vergeten, ik heb geen hoofd voor cijfers.

Ik had mijn lot in Erik’s handen gelegd en concentreerde mij volledig op het prachtige Nederlandse landschap dat zich voor onze ogen ontvouwde.

Regelmatig passeerden we medezestigplussers, je haalde de echtparen er meteen uit: die hadden dezelfde fiets, hetzelfde wollen zadeldekje en in een geval ook identieke fietshelmen op hun grijze hoofd. Ze droegen daaronder ook nog een mutsje, een geval van overkill in mijn ogen. Je zag ze vaak op een bankje zitten, waar ze koffie uit een thermosfles dronken. Aan hun sacherijnige blik kon je zien dat je niet voor je lol een eind gaat fietsen.

Zouden zij ook op zoek zijn naar de bijzondere forten?

Toen we Kwadijk uitreden beseften we dat het eerste fort aan onze aandacht ontsnapt was. We constateerden dat het kennelijk zo’n onbeduidend bouwsel was geweest dat we er ook niets aan gemist hadden. Het volgende zou vast de moeite waard zijn!

Ter hoogte van Zuidoostbeemster reden we voor het eerst verkeerd. Dat kan iedereen gebeuren natuurlijk.

Maar gedurende de rest van de dag werd Erik’s hoofd steeds roder, bleef hij steeds langer bij de knooppuntborden staan en keek hij steeds wanhopiger naar zijn papieren.

We fietsten sommige stukken drie keer, in de veronderstelling dat we een bordje gemist hadden, maar konden het juiste pad niet meer vinden.

Na verloop van tijd constateerde onze navigator dat sommige knooppunten niet bestonden, het was dus onmogelijk die te vinden.
Inmiddels werd het steeds later, we werden steeds moeier en het ladingpercentage werd steeds lager. Dat Erik al een tijdje stiekem standje 3 reed in plaats van 2 hielp ook al niet. Inmiddels hadden we nog geen enkel fort gezien.

Om de moed erin te houden gaf Erik raadseltjes op, die me zo in beslag namen dat ik helemaal niet op de omgeving lette. Ineens schreeuwde hij “FORT” en waarachtig, naast de weg lag een oude versterking, naar later bleek gebouwd in 1913.

We liepen wat rond, maakten wat foto’s en probeerden erachter te komen om welk fort het hier ging. We ontdekten  dat dit fort helemaal geen deel uitmaakte van de bezienswaardigheden van onze route.

Vol goede moed stapten we weer op, en na vijf minuten stopte Erik weer om zijn kaart te bestuderen.

Toen ik hem zag worstelen met de routeproblematiek moest ik ineens denken aan een tochtje dat hij enige jaren geleden had georganiseerd. We zouden toen naar Laren fietsen. Bij die gelegenheid wilde zijn routeplan ons al na enkele minuten met de fiets de snelweg op sturen. Hij had zich niet gerealiseerd dat fietsen soms anders moeten rijden dan auto’s.

Ik moest constateren dat Erik waarschijnlijk nog minder benul had van kaarten en routes dan ik.

Inmiddels zat hij er aardig doorheen en werd het mijn taak hem wat op te beuren. Ik deed zwartgallige voorspellingen (we komen nooit meer thuis, wat zullen ze ons missen) en beurde hem op met de mededeling dat we van de lunch nog één pakje chocomel hadden overgehouden. We hadden dus mondvoorraad en zouden het nog wel een tijdje kunnen uitzingen voordat we gered werden. We hoorden het geluid van een sirene en ik stelde vast dat hulp dus nabij was.

Omdat de knooppunten ons voortdurend voor raadsels stelden besloot Erik dat we zo snel mogelijk terug moesten naar de auto en dat we ons vanaf dat moment zouden laten leiden door de rode routeborden voor fietsers. “Ik heb het helemaal gehad met die knooppunten”.

Dat we hierdoor uiteindelijk een groot deel van de route opnieuw in omgekeerde richting aflegden was niet zo’n bezwaar.
Erik riep ook regelmatig de hulp in van plaatselijke bewoners, waarvan er een ons voor het laatste stuk naar Monnickendam langs de snelweg stuurde, wat natuurlijk niet echt lekker fietsen is.

Met nog 2% lading in mijn accu kwamen we aan bij de auto, die gelukkig wel startte (ik had Erik er al op voorbereid dat dit misschien niet lukken zou, omdat ik eerder op de dag een verdacht geluid had gehoord).

Opgelucht pakte hij zijn TomTom die ons de weg terug naar Almere moest wijzen, maar het schermpje bleef donker.

 

We zijn toch nog thuisgekomen.

 

Zuiderzee Fortenroute         8 (als je het kan vinden).

 

Gepubliceerd op
Gecategoriseerd als Gezien

1 reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.