Over taal

 

Je houdt van taal en dus vallen je af en toe dingen op.

Welkom achter de computer

Als ik mijn computer aanzet verschijnt in het scherm: welkom. Dat is de omgekeerde wereld, want het apparaat heeft een tijdje geslapen en wordt door mij wakker gemaakt. We bevinden ons bovendien in mijn huis. Moet ik hem dus niet verwelkomen?

snoopy computerJe leest vaak dat mensen achter de computer zitten. Het voorzetsel achter geeft niet goed aan welke positie de gebruiker inneemt. Het lijkt me erg lastig de computer te moeten bedienen terwijl het beeldscherm naar de andere kant gericht is.

Ze kunnen er ook niets aan doen.

Ik heb me voorgenomen geen taalnazi te worden en dus geen blog te wijden aan taalfouten.
Soms moet je een voornemen even vergeten.
De corrector van de Volkskrant is op vakantie en kan dus niet liefdevol de verkeerde verwijswoorden verbeteren die (jonge?) verslaggevers gebruiken. Uit de kranten van vandaag en gisteren:
“ Laura Verster, wiens vrije geest….”
“ Een meisje die hem thuis uitnodigt”
“ …een computerspelletje, maar wel een heel knappe”.

Ik zie ook nog heel vaak dat er een apostrof gebruikt wordt in niveaus.

hele worstHet onderscheid tussen het bijwoord heel en het bijvoeglijk naamwoord hele is verdwenen. Men heeft het over een hele warme worst en denkt hiermee verteld te hebben dat de temperatuur van het bekende Hema-artikel erg hoog was.

 

Word jij ook zo moe van een percentage van 12 procent?

Geweld tegen personen

Je hoort nooit meer de term een pak slaag. Op de een of andere manier klinkt dit vergoelijkend. De dader is niet fout en het slachtoffer heeft niet erg geleden. Als nu iemand klappen heeft gekregen wordt al gauw gezegd dat hij in elkaar geslagen is. De term wordt dus ook gebruikt als het slachtoffer slechts licht beschadigd is.
Prachtig eufemisme: ik hoorde de ene vrouw over een andere zeggen dat ze nogal fors was. Ze bedoelde natuurlijk dik, maar dit klinkt veel prettiger.

“Ik wist niet dat je kwaad werd”. Dat wist je natuurlijk wel, anders zou je deze zin niet uitspreken.

“Wat krijgt u van me?” Je vraagt de winkelier hiermee een voorspelling te doen die betrekking heeft op jouw toekomstig handelen. Dat weet je zelf toch beter?

 

Paulien CWat is taal toch leuk. Vanavond is er een college van Pauline Cornelissen over taalfouten. Ik ga natuurlijk kijken.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.