Lezen

Ik heb zo langzamerhand een behoorlijke afstand ontwikkeld tot mijn voormalig werkterrein. Het is mijn wereld niet meer, er is nogal wat veranderd (erger geworden) en de beurt is nu aan de volgende generatie.

Ik merk dat ik artikelen in de krant die betrekking hebben op het onderwijs steeds vaker scan in plaats van ze te lezen, maar af en toe is mijn interesse toch weer gewekt.

In de Volkskrant van 29 april staat een lang stuk over lezen, een onderwerp dat me altijd zal blijven interesseren omdat het mij na aan het hart ligt.
Ik leerde als kind snel lezen en kon me al heel gauw volkomen in een boek begraven en me erin verliezen.
Wat heb ik genoten van alle spannende en interessante boeken die ik leende bij de bibliotheek! Tot pakweg je veertiende jaar lees je alles praktisch kritiekloos en word je niet gehinderd door ongeloof en scepticisme.

Ik ben ontzettend dankbaar dat ik ten volle heb mogen genieten van deze magische jaren (waarin je moeder het boek uit je handen moest trekken omdat  je toch echt naar school moest).

Het spreekt voor zichzelf dat ik het alle kinderen toewens om net zo te genieten als ik destijds.

Anne Steenhoff is juf op een basisschool. Ze schrok van het leesniveau dat ze aantrof toen ze voor de klas kwam te staan. Ze besloot het tij van ontlezing te keren, en met succes: “stop met begrijpend lezen en laat kinderen goede boeken lezen”.
Ze zorgde ook dat er boeken kwamen “van hogere letterkundige kwaliteit”.

Haar methode om kinderen beter te leren lezen berust erop dat ze er enthousiast voor moeten worden en dat ze veel oefenen. Ze vindt het belangrijk zelf het goede voorbeeld te geven, ook voorlezen helpt goed.

Ze heeft geen vertrouwen in de methodes begrijpend lezen die op veel scholen worden gehanteerd.
Er wordt in haar klas elke dag minstens een halfuur stil gelezen en dat levert resultaten op.

Ze leverde kortom een clubje goedgeletterden af in een land waar 33 procent van alle jongeren de middelbare school laaggeletterd verlaat”.

Voor haar is voorwaarde voor succes dat de leerkracht zelf van lezen houdt. Hier dient zich een probleem aan, want volgens onderzoek leest van alle pabostudenten 40 procent nooit vrijwillig een boek. Een kwart noemt lezen ‘vervelend’.

Toen ik directeur was van een basisschool schafte ik de obligate ochtendkring af en sprak met mijn collega’s af dat elke dag de eerste 30 minuten stil gelezen werd. Dat vormde een prettig begin van de dag (het kwam mooi uit dat de kinderen dan nog op hun rustigst zijn) en gaf laatkomers ook de gelegenheid stilletjes aan te schuiven zonder dat voor hen de instructie onderbroken moest worden (of overgedaan).
We hebben het effect niet gemeten maar waren ervan overtuigd dat het een goede uitwerking had op de kinderen. Dat gold ook voor het werken met prentenboeken in de eerste groepen: voorlezen, de prachtige prenten laten zien, de fantasie stimuleren (wat zou de beer nu gaan doen?) en de woordenschat vergroten.

Er kwamen wel wat vragen bij me op toen ik het artikel las. Zo zou ik graag willen weten of de juf wellicht de academische Pabo heeft afgerond (ik vermoed van wel) en vraag ik me af of de invloed van ‘de schermen’ inderdaad ‘maar een heel klein onderdeel van het probleem’ is.

Verder lijkt het beeld dat van deze groep 8 geschetst wordt nogal rooskleurig. Het lijkt er een beetje op dat alle kinderen enthousiast en geconcentreerd meedoen. Ik weet uit ervaring dat er in elke klas kinderen zijn die dikke boeken kiezen, die ze vervolgens nooit uitlezen. Ze hebben de boot gemist en zien lezen eerder als een bedreiging dan dat ze er plezier aan ontlenen.
Ten slotte: wat zijn boeken van hoge letterkundige kwaliteit? (Er zijn ook deskundigen die vinden dat je kinderen juist moet laten lezen wat ze zelf uitkiezen).

Van het lijstje met aanbevolen kinderboeken ken ik geen enkele titel. Ik ken zelfs niet één van de schrijvers.

Tja, dat heb je met die pensionado’s……

Gepubliceerd op
Gecategoriseerd als Onderwijs

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.